In de Tridentijnse ritus begon afgelopen zondag de voorvasten (Septuagesima = ca. 70 dagen vóór Pasen), de ca. twee en een halve week die voorafgaat aan de effectieve Vastentijd. Deze periode werd na het Tweede Vaticaans Concilie afgeschaft in de nieuwe liturgie. De voorvasten is een periode waarin reeds paars wordt gebruikt in de liturgie, en voorzichtig de nadruk op boete werd gelegd, vooraleer de Vasten (met Aswoensdag) effectief een aanvang neemt.
Graag willen we naar aanleiding van de voorvasten, en in de verwachting van Aswoensdag en het begin van de Vasten een bezinning meegeven, eerst en vooral bedoeld voor de priesters, maar bij uitbreiding ook nuttig voor elke gelovige.
Dongo, 4 maart 1987 (aswoensdag). Onze Lieve Vrouw tot Don Stefano Gobbi:
Volg Mij op de weg die ik u heb uitgestippeld, mijn zo beminde en door Mij verdedigde en beschermde zonen. Het is de weg van de bekering en de boete. De bekering die ik u vraag is die welke Jezus u gevraagd heeft in zijn Evangelie. Verwijdert u van de slechte weg van het kwaad, van de hoogmoed, van het egoïsme en van de zonde. Hoe groot is in de wereld waarin ge leeft, en waarin de opstand tegen God en tegen zijn Wet van liefde aanvaard wordt, gepropageerd, opgehemeld en tot nieuw model van leven wordt verheven, het aantal van mijn arme kinderen die elke dag slachtoffer worden van de zonde en van de haat, van het geweld en van de corruptie, van het egoïsme en van de onzuiverheid!
De zware zonde verwijdert u van God, neemt uit uw zielen de kostbare gave weg van zijn leven en van zijn genade, maakt u slaven van de driften en van de ondeugd. Zij verzwakt uw weerstand tegen de bekoringen, opent een grote ruimte voor de actie van Satan, die aldus steeds meer bezit neemt van uw bestaan en het tot een instrument maakt voor de verspreiding van het ongebreideld egoïsme en van de hoogmoed, van de haat en van de verdeeldheid, van de wellust en van de goddeloosheid.
Gij bewerkt in u een ware inspanning tot bekering als gij u moedig en krachtdadig verzet tegen de wereld waarin gij leeft, om de weg te bewandelen van het goede en van de goddelijke genade, van de liefde en van de heiligheid.
Vandaag is het nodig dat al mijn kinderen zich bekeren en terugkeren tot het geloof in het Evangelie, dat zij leven volgens het Evangelie en dat zij zich alleen laten leiden door de wijsheid van het Evangelie. Dit zijn de gunstige dagen voor uw bekering. Het zijn dagen van genade en barmhartigheid, van hoop en van verwachting. Dit zijn de voorbereidingsdagen op hetgeen u te wachten staat, op de grote gebeurtenissen die u voorspeld zijn. Daarom vraag Ik u ook dagelijkse werken van versterving en van boete. De boete moge door u op drie verschillende wijzen aan mijn Hart worden aangeboden.
Innerlijke boete
Geeft mij bovenal de innerlijke boete, die gij moet beoefenen om te komen tot het beheersen van uzelf, van uw driften en om waarlijk volgzaam, nederig, klein, beschikbaar te zijn voor mijn plan.
Soms is mijn hart bedroefd omdat het de weerstand ziet die gij biedt aan mijn moederlijke uitnodingen en gij er aldus niet toe komt die graad van volgzaamheid, van nederigheid, van de ware ontlediging van u zelf te bereiken, die ik u vraag, omdat ze Mij onmisbaar zijn om u te kunnen gebruiken voor de verwezenlijking van mijn plan van redding en barmhartigheid.
Stilzwijgende en dagelijkse boete
Biedt Mij vervolgens uw stilzwijgende en dagelijkse boete aan, die verbonden is met het goed en alleen volbrengen, in alle omstandigheden van uw leven, van de wil van de Heer door de nederige, trouwe en volmaakte vervulling van al uw plichten. Hoeveel kostbare gelegenheden om te lijden en te offeren bieden zich u aan in de loop van de dag, wanneer gij zo te werk gaat! Uw glimlach, uw sereniteit, uw kalmte, uw geduld, de aanvaarding en de opdracht zijn waarlijk stilzwijgende boetedoeningen, die grotere waarde en licht schenken aan elke omstandigheid van uw leven.
Uiterlijke boete
Ik vraag u ook de uiterlijke boete, die beoefend wordt in het beheersen van de driften, in het versterven van uw zinnen, vooral van de ogen, van de tong, van het gehoor en van de smaak. Kijk niet naar het kwaad dat u omringt en naar zoveel onzuiverheid die uw straten besmet. Verzaakt aan het kijken naar de televisie, om in uw ziel het Licht te bewaren en om in uw leven grotere ruimte te geven aan de ingetogenheid, aan de meditatie en aan het gebed.

Weet uw tong in toom te houden en stilte te maken in u en rondom u, opdat ge zoudt kunnen spreken alleen ter verspreiding van het goede, in een geest van liefde en van nederige dienstbaarheid tegenover allen. Vlucht de kritiek en het kwaadspreken, de achterklap en de boosheid. Geeft niet toe aan de gemakkelijke bekoring van het oordelen en veroordelen. Sluit uw oren en uw geest voor het geraas van stemmen, dat vandaag steeds meer verdovend wordt en u er toe brengt te leven in het lawaai, in de verwarring en in de dorheid.
Versterft uw smaak door u te onthouden van hetgeen het meest uw genot opwekt en door het beoefenen van het lichamelijke vasten, door Jezus gevraagd in het Evangelie en dat Ik u heden nog vraag.
Wanneer gij deze weg gaat, die ik voor u uitstippel, dan zullen uw levensdagen door de Heer gezegend worden en zij zullen u brengen tot de vrede van het hart en tot de zuiverheid van de ziel. Gij zult zelf mijn levend woord zijn en overal zult gij het licht van mijn aanwezigheid brengen te midden van de grote duisternis die zich boven de wereld verdicht heeft. Op deze heldere weg van bekering en van boete leid ik u altijd, maar vooral in deze dagen van voorbereiding op het grote mirakel van de goddelijke barmhartigheid, dat op het punt staat zich te verwezenlijken.
Bron: Don Gobbi, Aan de priesters, de veelgeliefde zonen van O.L.Vrouw, vijfde Nederlandse uitgave, 1990