Het verlangen naar de komst van de Heer

We zijn de laatste week van de advent ingegaan en volgende zondag is het Kerstmis. We vieren dan het feest van de geboorte van Christus, zijn eerste komst.

De vrome, rechtvaardige Joden van die tijd hadden daar reikhalzend naar uitgezien. Velen hebben het niet meer meegemaakt, anderen wel. Maar er waren ook velen die niet uitkeken naar zijn komst, en hem ook niet hebben erkend.

Heden komt Christus elke dag nog – op het altaar, tegenwoordig in de H. Eucharistie bij de consecratie van brood en wijn. Kijken wij daar naar uit, op z’n minst iedere zondag? Verlangen wij naar zijn komst op het altaar, en in ons, bij de H. Communie? Hij komt zo liefdevol om onze ziel te sterken en te voeden, wij die zonder Hem niets zijn…

En hebben wij eerbied voor Hem, erkennen wij zijn Tegenwoordigheid in het heilig Tabernakel?

Maar Christus zal ook terugkeren naar deze wereld in zijn volle glorie en een eind maken aan alle kwaad en verdorvenheid in deze wereld, aan alle atheïsme, spiritisme, occultisme, satanisme, modernisme, transgenderisme, materialisme en al die andere slechte ‘ismen’, aan abortus, pornografie en alle andere vormen van kwaad, en Hij zal terugkomen om ieder naar zijn werken te lonen en de rechtvaardigen (diegenen die bekeerd zijn en Hem oprecht beminnen) een nieuw en verheerlijkt lichaam schenken en hen binnenlaten door de poorten van zijn Koninkrijk waar iedereen perfect gelukkig zal zijn, waar er geen zonde, pijn, lijden en dood zal zijn. Dit is de voleinding van de wereld waar Christus van sprak in het Evangelie.

Verlangen wij ook daar naar?

Laten wij er naar smachten!

Kom o kom Emmanuël!