In een videotoespraak toont Prof. Roberto de Mattei van de Fondazione Lepanto, de consistentie waarmee de grote meerderheid van de bisschoppen er van af gezien hebben om op te roepen tot bovennatuurlijke antwoorden op het coronavirus, en eerder de natuurlijke antwoorden die onze samenleving biedt, verkiezen. Verder ziet de Mattei parallellen met andere perioden in de geschiedenis, toen God een kastijding zond om het volk tot inkeer te brengen.

“De bisschoppen vandaag, spreken niet enkel niet over Goddelijke gesels, maar ze nodigen de gelovigen zelfs niet uit om te bidden dat God hen zou bevrijden van de epidemie. Er zit hier een samenhang in. Wie bidt vraagt in feite God om in te grijpen in zijn leven, en dus in de dingen van de wereld, om beschermd te worden van kwaad en spirituele en materiële hulp te ontvangen. Maar waarom zou God naar onze gebeden luisteren indien hij ongeïnteresseerd is in het universum dat Hij heeft geschapen?”

De Mattei merkte op dat een Italiaanse bisschop het idee dat de corona-epidemie of een andere collectieve ramp een straf voor de mensheid kan zijn, krachtig afwees. Het virus, zo gelooft de bisschop, is enkel “een gevolg van de natuur.” Maar dit is onsamenhangend:

“De geschiedenis is in werkelijkheid een creatie van God, zoals de natuur, zoals alles dat bestaat, want niets van wat bestaat kan bestaan zonder God. Al wat gebeurt in de geschiedenis is voorzien, gereguleerd en geordend door God voor alle eeuwigheid… God is de auteur van de natuur met al z’n krachten en wetten, en Hij heeft de macht om het mechanisme van de krachten en wetten van de natuur op z’n manier te regelen om een fenomeen te produceren volgens de noden van zijn gerechtigheid of zijn barmhartigheid. God, die de Eerste oorzaak is boven alles, van alles dat bestaat, maakt altijd gebruik van secundaire oorzaken om zijn plannen te verwezenlijken. Wie een bovennatuurlijke geest heeft stopt niet aan het oppervlakkige niveau van de dingen, maar streeft ernaar het verborgen ontwerp van God te begrijpen, die aan het werk is onder de schijnbare blinde macht van de natuur.”

Dit “verborgen ontwerp” omvat Gods kastijding van mensen omwille van hun zonden, dat op ieder van ons toepasbaar is, omdat we allen deel hebben in de val van Adam, en niemand met een rede en een vrije wil kan beweren dat hij zonder persoonlijke zonde is (cf. 1 Joh. 1:8). De Bijbel, de Kerkvaders en de Doctors van de Kerk en de hele erfenis van de Christelijke theologie belijdt eenparig: Gods Voorzienigheid is in controle van alles dat gebeurt; het fysieke kwaad van ziekte en dood zijn veroorzaakt door het morele kwaad van zonde, en worden gezonden als vermanende, [voor de ziel] zuiverende en genezende straffen.

Sommigen zouden dit tegenspreken met het Evangelie van Johannes, waar de Heer zegt dat de blindheid van een zekere man niet veroorzaakt werd door zijn zonden of die van zijn ouders (cf. Joh. 9:2). Toch vertelt diezelfde Heer ons in Lukas 13:

Juist in die tijd waren er bij Jezus enkele mensen die Hem vertelden van de Galileeërs, wier bloed Pilatus met dat van hun offerdieren vermengd had. Daarop zei Hij: ‘Denkt ge, dat onder alle Galileeërs alleen dezen zondaars waren, omdat zij dat lot ondergaan hebben? Volstrekt niet, zeg Ik u. Maar als gij u niet bekeert, zult ge allen op een dergelijke manier omkomen. Of die achttien die gedood werden, doordat de toren bij de Siloam op hen viel: denkt ge dat die alleen schuldig waren onder alle mensen die in Jeruzalem woonden? Volstrekt niet, zeg Ik u. Maar als gij niet tot bekering komt, zult ge allen op eenzelfde wijze omkomen.’

Jezus herinnert ons eraan dat de straf rechtvaardig op ons allen komt, en dat wij boete moeten doen voor onze zonden en voor de zonden van anderen. Het kwaad van deze wereld is een uitnodiging om het moreel kwaad te verwerpen; ons hart te zuiveren en terug te keren naar Hem aan wie wij in alle geval rekenschap moeten afleggen aan het einde van onze dagen.

Het is enkel in de Verlichting (17de- 18de eeuw) dat eigenwijze filosofen simultaan de leer van erfzonde, de leer over de Goddelijke Voorzienigheid en de waarde van boete afwijzen. Ernst Cassirer merkte op dat de denkers van de Verlichting, ondanks hun grote diversiteit aan opinies, allen overeenkwamen om de erfzonde overboord te gooien. Voor de rationalisten zijn alle mensen geboren met een “neutrale” menselijke natuur, open tot zowel goed als kwaad; mensen worden goed of kwaad gebaseerd op hun opvoeding en sociale invloeden. Indien slechte dingen gebeuren, het is door kans of door persoonlijk gebrek.

God, indien zijn bestaan al wordt erkend, is slechts een horlogemaker die de kosmische machine maakt en het in gang zet. Het gaat dan verder op zichzelf, zonder Zijn betrokkenheid. Het beeld van het universum dat we door de moderne wetenschap krijgen, is één waarin God geen innige rol speelt. Voor diegenen die zich onder zo’n verarmde metafysica afmatten, zou het spreken over God die een tsunami of een aardbeving, een plaag of een hongersnood heeft gewild, niet verschillend lijken van Homer [een Griekse dichter, nvdr] die spreekt over slechtgehumeurde Griekse goden die zich bemoeien in de Trojaanse oorlog. Zelfbewuste “moderne” theologie daarentegen, is vaak een afkooksel van het rationalisme: het ziet het menselijk ras niet als schipbreuk lijdend, of verdrinkend, als dood en straf verdienend, noch ziet het God als innig aanwezig in alle dingen, in het bijzonder de schepselen die Hij in Zijn Beeld maakte, en hen tot verlossend lijden en eeuwige Zaligheid roepend.

Hoe radicaal verschillend het Christelijke en Katholieke perspectief is, kan levendig gezien worden in het middeleeuws gebed dat de Generaal-Overste van het Priesterbroederschap van St. Petrus, de meest Eerwaarde Andrzej Komorowski, FSSP, de priesters van het Broederschap vroeg te bidden aan het eind van iedere publieke Mis, tot nader order:

V: Handel niet met ons Heer, volgens onze zonden.
A: En neem geen wraak op ons, vanwege onze misdaden.
V: Help ons, O God, onze Bevrijder.
A: En omwille van Uw Naam, O Heer, bevrijd ons.
V: Denk niet, O Heer, aan onze zonden van vroeger.
R: Haast U naar ons, met Uw Medelijden, want we zijn zeer arm geworden.
V: Heilige Sebastianus, bid voor ons.
R: Dat we de beloften van Christus waardig mogen gemaakt worden.
V: O Heer, verhoor mijn gebed.
A: En dat mijn geroep kome tot U.
V: De Heer is met u.
A: En met uw geest.
Laat ons bidden. Gewaardig U, O God, om ons te verhoren, onze enige Redding! En door de tussenkomst van de glorieuze en gezegende Maria, Moeder van God en altijd Maagd, van Uw gezegende martelaar, Sebastiaan, en van alle heiligen, bevrijd Uw volk van de terreur van Uw wraak, en herstel hun vertrouwen door de uitstorting van Uw barmhartigheid. Wees bewogen tot medelijden, O Heer, op onze ernstige smeekbeden, en genees de ziekten van lichaam en ziel;  zo dat door het ervaren van Uw vergeving, wij ons altijd mogen verheugen in Uw zegen.

Wij smeken U, O Heer, verleen ons verhoring, terwijl wij vroom onze smeekbeden tot U richten, en verwijder genadig van ons de epidemie of plaag die ons teistert; zodat de sterfelijke harten mogen erkennen dat deze gesels die van Uw verontwaardiging voortkomen, en enkel ophouden wanneer U tot barmhartigheid bewogen wordt. Doorheen onze Heer Jezus Christus, Uw Zoon, die leeft en heerst met U in de eenheid van de Heilige geest, God, wereld zonder einde. Amen.

Kijkend naar deze waarlijk robuuste en Katholieke gebeden van het Tijdperk van Geloof, moeten we ons afvragen: waarom gingen zo’n gebeden onder de bijl na Vaticanum II? (Dit is één van het oude Rituale Romanum, dat inderdaad onder de bijl ging…, hoewel, Godzijdank, het op meer en meer plaatsen terug in gebruik komt). Ofwel was de Kerk al die eeuwen juist om op deze manier te bidden – lex orandi, lex credendi – ofwel was ze verkeerd. Indien ze juist was, dan moeten we vandaag ons bekeren van de vernietiging die op onze eigen liturgische erfenis is neergekomen, en onze “wet van het gebed” weer opnemen in nederigheid en vertrouwen. Indien ze verkeerd was echter, waarom zijn we dan nog Katholiek? Het zou intellectueel eerlijker zijn om een seculiere humanist te worden, of misschien beter nog, een nihilist.

Dit is waarlijk de fundamentele vraag die de liturgische hervorming steeds maar weer doet rijzen – eens men zich bewust wordt van de scherpe verschillen tussen oud en nieuw.

Wat dachten de Katholieken van de oude tijd gedurende perioden van ziekte en beproeving? Hier is wat de grote Moeder Mectilde de Bar (1614-1698) schreef aan een zieke lekenzuster op Pinksterdinsdag, 23 mei 1695, zoals opgetekend door een andere non:

“We moeten in de situatie blijven waarin God ons plaatst, Hem altijd zegenen en altijd gewillig zijn, links, rechts, aan alle zijden: dit is wat we moeten doen. Mijn arme Zuster, de goede God zendt ons weer terug [naar de gezondheid] om boete te doen; maar we moeten het doen op Zijn manier en niet op die van ons… Het grootste geheim om altijd tevreden te zijn is om zich aan te passen aan Gods manier, zijn wijze, en in alles dat gebeurt – goed of slecht, zonder onderscheid te maken – om altijd de wil van God in God zelf te zien, en God zelf in Zijn wil. Kijk nooit naar iets als buiten God zijnde, zelfs niet een kleine prik in je vinger, of gelijk welke klein leed je ’s morgens verwacht te gebeuren tijdens de dag. Zie alles in God, en stop noch aan wat menselijk is, noch aan secundaire oorzaken; wees in de plaats daarvan gehecht aan Gods welbehagen en Zijn wil, als om die te bevestigen. Laat ons geen tijd verspillen, het einde komt naderbij.”

De huidige epidemie heeft blootgelegd hoe alomtegenwoordig de dwaling in onze tijden is, dat God niet de baas is over ieder laatste detail van het universum en dat Hij niet alle dingen wil of toelaat voor de bestraffing en de hervorming van de zondaars en voor de verdiensten van de rechtvaardigen. Het aanvaarden van de opperheerschappij van God zoals Moeder Mectilde ons aanraadt, is fundamenteel voor het spirituele leven; anders zijn we werkelijk “op zee” zonder levend geloof in Gods zorg voor ons en Zijn macht om ons te redden en ons te perfectioneren doorheen het lijden. Zelfs de Heer Jezus Christus beging deze weg, volgens de opdracht van de Vader:

Het was passend dat God, einde en oorsprong van alles, wilde Hij vele kinderen de hemelse heerlijkheid binnenleiden, ook de Aanvoerder die hen redt [Christus] door lijden tot de voleinding bracht.  (Heb, 2,10)

Bron: LifeSiteNews

Advertentie
De redactie Avatar

Published by

Categories:

4 reacties op “Prof. De Mattei, Rooms-Katholieke historicus, van de Lepanto Stichting: “Coronavirus is een gesel Gods””

  1. Jan Joseph Avatar
    Jan Joseph

    Blijkbaar heeft het Tweede Vaticaanse Concilie veel gebeden en gebruiken afgeschaft, maar de afgelopen zestig komen we er steeds meer achter dat het kind met het badwater is weggegooid. Daarom blijft onze Rooms Katholieke kerk muisstil tijdens de grootste crisis in de wereld na de tweede Wereldoorlog. Daarom is de priesters niet meer in staat bovennatuurlijke antwoorden te geven op het Coronavirus.

  2. lunsius Avatar

    Een prachtig en waar artikel ! Dat men dit ter harte mag nemen.

  3. Sergeant Yves Avatar
    Sergeant Yves

    Zeer goed artikel, persoonlijk wou ik zeggen dat deze ziekte misschien niet door God gewild is om onze zonden te bestraffen maar dat de mens dit zelf heeft opgeroepen door zijn halsstarrigheid om God blijven buiten spel te zetten .
    Ziekte en dood zijn in de wereld gekomen door de erfzonde, het is dus in feite oorzaak en gevolg dat ziekte en dood alleen maar toenemen gezien de toenemende zondigheid en goddeloosheid van de mensen

  4. FatimadeJong Avatar

    BESCHERMING TEGEN CORONAVIRUS: GROEN SCAPULIER VAN OLM MARIA!

    Dragen en verspreiden.
    Bestellen bij https://divinemercy.org/our-lady-books/green-scapular-detail.html

    DRAAG OOK HAAR BRUIN SCAPULIER! VROEG OLM IN FATIMA IN 1917!
    Dragen!
    Bestellen bij https://divinemercy.org/our-lady-books/brown-scapular-detail.html

    ‘ONE DAY, THROUGH THE ROSARY AND THE SCAPULAR I WILL SAVE THE WORLD’ OLM Maria tegen saint Dominic

    ’GOD GAVE TWO LAST REMEDIES TO THE WORLD, HOLY ROSARY AND DEVOTION TO OUR LADY MARY. THERE WILL BE NO OTHERS.’
    Zuster Lucy van Fatima in haar laatste interview in 1957.

    (Scapulieren laten zegenen bij RK-priester!)