Momenteel wordt in de media veel aandacht besteed aan het zogenaamde coronavirus of Covid-19. Epidemieën en pandemieën werden in de geschiedenis steeds beschouwd als een Goddelijke kastijding, en de enige remedie die de Kerk aanwendde was gebed en boete. Dit gebeurde in Rome in het jaar 590 toen Gregorius van Anicia tot paus verkozen werd en de naam Gregorius I koos. Hij stierf in 604.
Italië werd toen geteisterd door ziekten, hongersnood en sociale instabiliteit, en de vernietigende invasie van de Lombarden. Tussen 589 en 590 was er een gewelddadige uitbraak van de builenpest in Italië, nadat die eerst het Byzantijnse territorium in het oosten en het Frankische rijk had geteisterd. De ziekte brak ook uit in Rome. De Romeinse burgers zagen deze epidemie als een Goddelijke straf voor de verwording van de stad.
Het eerste slachtoffer van de pest in Rome was Paus Pelagius II, die op 5 februari 590 stierf en in de Sint-Pietersbasiliek werd begraven. De geestelijkheid en de Romeinse senaat kozen Gregorius als zijn opvolger. In een preek die hij gaf in de Kerk van Sint-Sabina, nodigde Gregorius de Romeinen het voorbeeld van Ninevé te volgen: “Kijk om u heen: zie Gods zwaard van toorn zwaaien over de hele bevolking. Een plotse dood neemt ons weg van deze wereld, ons amper tijd gevend. Op dat precieze ogenblik – o, hoeveel zijn er door het kwaad gegrepen hier rondom ons – niet in staat om zelfs maar aan berouw te denken.”
De Paus maande iedereen aan om hun ogen naar God te richten, die zo’n vreselijke straffen toelaat om zijn kinderen te corrigeren. De Paus beval dat er een “zevenvoudige litanie” zou georganiseerd worden, door een processie van de hele Romeinse bevolking. De stad gaf gehoor aan zijn oproep en ging biddend en zingend, barrevoets en met as op hun hoofd, van de ene kerk naar de andere richting de Vaticaanse basiliek. Tijdens deze processie vielen wel 80 mensen dood neer, ten gevolge van de pest. Gregorius maande de mensen aan niet op te houden te bidden. Hij stond erop dat de beeltenis van de H. Maagd die door St. Lucas was geschilderd, en in de Kerk van Santa Maria Maggiore werd bewaard, vooraan de processie zou gebracht worden.
Plots werd de lucht gezonder en de uitwaseming van de pest verdween, alsof het de aanwezigheid van de beeltenis niet kon verdragen. De processie bereikte de brug aan het Hadriaanse Mausoleum, toen beter bekend als Castellum Crescentti, toen men plots een koor van engelen “Regina Coeli, laetare, Alleluja – Quia quem meruisti portare, Alleluja – Resurrexit sicut dixit, Alleluja!” hoorde zingen Gregorius antwoordde met luide stem: “ora pro nobis rogamus, Alleluja!” En zo was het Regina Caeli geboren, de antifoon waarmee de Kerk de H. Maagd en Koningin groet in de Paastijd.
Na het zingen schaarden de engelen zich in een kring rond de beeltenis van Onze Lieve Vrouw, en Gregorius hief zijn ogen op en zag op de top van het kasteel een Engel die zijn zwaard, dat vol bloed hing, afdroogde en terug in de schede stak, als een teken dat de straf voorbij was.
Paus Gregorius I werd heilig verklaard en tot Kerkleraar uitgeroepen, en hij ging de geschiedenis in als Paus Gregorius de Grote. Na zijn dood begonnen de Romeinse burgers het Hadriaans Mausoleum “Castel Sant’ Angelo” te noemen, en ter gedachtenis aan het mirakel werd op de top van dit kasteel een beeld van de H. Michaël geplaatst. In het Capitoline Museum wordt nog steeds een steen bewaard met voetafdrukken, die volgens de overlevering achtergelaten zouden zijn door de Aartsengel, toen hij het einde van de plaag aankondigde.

Indien de Engel dankzij de smeekbede van Sint Gregorius zijn zwaard in de schede stak, betekent dit dat hij het eerst had getrokken om de zonden van Rome (en het toenmalige Europa) te straffen. De Engelen zijn in feite uitvoerders van de Goddelijke straffen op de mensen, zoals het dramatische visioen van het Derde Geheim van Fatima ons toont, door ons tot boete op te roepen:
“Na de twee delen die ik al heb uitgelegd, zagen we links van Onze Lieve Vrouw, en er een beetje boven, een Engel met een vlammend zwaard in zijn linkerhand; het flitste en gaf vlammen af die eruit zagen alsof ze de wereld in brand zouden zetten; maar ze doofden uit toen ze in contact kwamen met de schittering die Onze Lieve Vrouw naar hem uitstraalde van haar rechterhand. Naar de aarde wijzend met zijn rechterhand riep de Engel met een luide stem: “Boete, boete, boete!”
Het virus lijkt aan een opmars in Italië. Er zijn reeds berichten dat de supermarkten in Milaan leeg zijn, doordat mensen massaal voedsel inslaan. In het bisdom Milaan werden op bevel van de Aartsbisschop Mario Delphini alle H. Missen tot nader order opgeschort…En dit terwijl in het verleden, bij uitbraak van gevaarlijke ziekten, vele heiligen hun leven waagden om die zieken de HH. Sacramenten toe te dienen, inclusief de H. Communie.
Laten we maar de woorden van Sint Gregorius de Grote in acht nemen:
“Wat zullen we zeggen van de vreselijke gebeurtenissen waarvan we getuige zijn, zijn ze geen voorafbeeldingen van een toekomstige toorn? Denk dan, dierbaarste broeders, met extreme toewijding aan die dag: corrigeer jullie leven, verander jullie gewoonten, verslag met al jullie macht de bekoringen van het kwaad, doe met tranen boete voor de begane zonden.”
Wij christenen hoeven niet bang te zijn. Bid (de Rozenkrans), doe boete en bescherm uzelf met het scapulier, de Wonderdadige Medaille, en voor diegenen die het willen aannemen: het Zegel der bescherming – kruistochtgebed nummer 33.