Enkele passages uit de onthullende brief van de voormalige nuntius

Aartsbisschop Carlo Maria Viganò.

Wij vertaalden voor u de belangrijkste passages uit de 11-bladzijden lange brief van Aartsbisschop Viganò.

Mgr. Viganò schreef:

[…] Mijn geweten eist van mij dat ik feiten onthul betreffende Paus Franciscus, die ik persoonlijk heb ervaren, die een dramatische significantie hebben, welke als Bisschop die de collegiale verantwoordelijkheid van al de bisschoppen voor de universele Kerk deelt, mij niet toestaan om stil te blijven, en ik verklaar hier dat ik bereid ben om ze te herbevestigen onder eed, door God te aanroepen als mijn getuige.

In de laatste maanden van zijn pontificaat, had Paus Benedictus XVI een ontmoeting geregeld van alle apostolische nuntiussen in Rome, zoals Paulus VI en Johannes Paulus II gedaan hebben bij verschillende gelegenheden. De datum die vastgelegd werd voor de audiëntie met de paus, was vrijdag 21 juni 2013. Paus Franciscus hield zich aan deze verplichting die door zijn voorganger werd gemaakt. Natuurlijk kwam ik ook naar Rome vanuit Washington. Het was mijn eerste ontmoeting met de nieuwe paus, slechts drie maanden na het aftreden van Paus Benedictus.

Op de morgen van dinsdag 20 juni 2013, ging ik naar de Casa Santa Marta, om mijn collega’s te vervoegen die daar verbleven. Zodra ik de hal binnenging, ontmoette ik Kardinaal McCarrick, die de rood versierde soutane droeg. Ik groette hem respectvol, zoals ik altijd had gedaan. Onmiddellijk zei hij tegen mij, op een toon zowat tussen dubbelzinnig en triomferend: “De Paus ontving mij gisteren, morgen ga ik naar China.”

Op dat moment wist ik niets over zijn lange vriendschap met Kardinaal Bergoglio en de belangrijke rol die hij had gespeeld in zijn recente verkiezing, zoals McCarrick later zou openbaren in een lezing aan de Villanova Universiteit, en in een interview met de National Catholic Reporter. Noch had ik ooit gedacht aan het feit dat hij deel had genomen in de voorafgaande ontmoetingen van het recente conclaaf, en de rol die hij kon hebben gehad als kardinaal-verkiezer in het conclaaf van 2005. Daarom vatte ik niet onmiddellijk de betekenis van de gecodeerde boodschap die McCarrick mij had gegeven, maar dat zou voor mij duidelijk worden in de daarop volgende dagen.

De volgende dag vond de audiëntie met paus Franciscus plaats. Na zijn toespraak, die deels voorgelezen, en deels uit de vuist werd gebracht, wenste de paus alle nuntiussen één voor één te groeten. In de rangschikking wist ik dat ik bij de laatsten was. Toen het mijn beurt was, had ik net de tijd om tegen hem te zeggen: “Ik ben de Nuntius van de Verenigde Staten.” Hij viel mij direct aan met een toon van berisping, de volgende woorden gebruikend: “De bisschoppen in de Verenigde Staten mogen niet geïdeologiseerd worden. Ze moeten herders zijn!” Natuurlijk was ik niet in een positie om uitleg te vragen over de betekenis van zijn woorden, en de agressieve manier waarop hij mij had berispt. Ik had in mijn handen een boek in het Portugees, welke Kardinaal O’Malley mij enkele dagen eerder had toegestuurd voor de paus, erbij zeggend dat “hij zijn Portugees kan nagaan voordat hij naar Rio gaat voor de Wereldjongerendagen.” Ik overhandigde het hem meteen, en bevrijdde mij aldus van die zeer verontrustende en vernederende situatie.

Op het eind van de audiëntie kondigde de paus aan: “Diegenen van jullie die volgende zaterdag nog steeds in Rome zijn, zijn uitgenodigd om met mij in Casa Santa Marte te concelebreren.” Ik dacht natuurlijk aan blijven om zo snel mogelijk duidelijkheid te krijgen wat de paus mij wilde zeggen.

Op zondag 23 juni, vóór de concelebratie met de paus, vroeg ik monseigneur Ricca, die als verantwoordelijke van het huis ons onze gewaden hielp aantrekken, of hij de paus kon vragen of hij me ergens in de loop van volgende week kon ontvangen. Hoe zou ik naar Washington kunnen teruggekeerd zijn zonder duidelijkheid te hebben gekregen over wat de paus van mij wilde? Op het eind van de Mis, terwijl de paus enkele leken groette die aanwezig waren, kwam Mgr. Fabian Pedacchio, zijn Argentijnse secretaris, naar mij en zei: “De paus vertelde mij om te vragen of je nu vrij bent?” Uiteraard antwoordde ik dat ik ter beschikking stond van de paus, en dat ik hem bedankte om mij onmiddellijk te ontvangen. De paus nam mij meer naar de eerste verdieping in zijn appartement, en zei: “We hebben 40 minuten vóór het Angelus.”

Ik begon de conversatie, en vroeg de paus wat hij wilde zeggen met de woorden die hij met had toegestuurd toen ik hem verleden vrijdag groette. En de paus, op een heel andere, vriendelijke, bijna hartelijke toon, zei tegen mij: “Ja, de bisschoppen in de Verenigde Staten mogen niet geïdeologiseerd worden, ze mogen niet rechts zijn zoals de Aartsbisschop van Philadelphia (de paus gaf niet de naam van de aartsbisschop), ze moeten herders zijn; en ze mogen niet links zijn – en hij voegde eraan toe, met beide armen opgeheven – en wanneer ik zeg: links, bedoel ik homoseksueel.” Natuurlijk ontviel mij de logica van het verband tussen het links zijn en het homoseksueel zijn, maar ik voegde er niets aan toe.

Onmiddellijk daarna, vroeg de paus mij op een slinkse manier: “Hoe is Kardinaal McCarrick?” Ik antwoordde hem met totale openhartigheid, en, als je wil, met grote naïviteit: “Heilige vader, ik weet niet of u Kardinaal McCarrick kent, maar als je de Congregatie voor de Bisschoppen ernaar vraagt, is er een heel dossier van die dikte over hem. Hij corrumpeerde generaties seminaristen en priesters en Paus Benedictus beval hem om zich terug te trekken in een leven van gebed en boetedoening.” De paus maakte niet de minste opmerking over die zeer ernstige woorden van mij, en toonde geen enkele uiting van verrassing op zijn gezicht, alsof hij deze dingen al enige tijd wist, en hij veranderde onmiddellijk van onderwerp. Maar dan, wat was de bedoeling van de paus in het mij stellen van die vraag: “Hoe is Kardinaal McCarrick.” Hij wilde duidelijk te weten komen of ik een bondgenoot was van McCarrick of niet.

Terug in Washington werd alles duidelijk voor mij, mede dankzij een nieuwe gebeurtenis die plaatsvond slechts enkele dagen na mijn ontmoeting met paus Franciscus. Toen de nieuwe bisschop Mark Seitz bezit nam van het Bisdom van El Paso op 9 juli 2013, zond ik de eerste Raadgever, Monseigneur Jean-François Lantheaume, terwijl ik diezelfde dag naar Dallas ging voor een internationale ontmoeting over Bio-ethiek. Toen hij terug was, vertelde Monseigneur Lantheaume mij dat hij in El Paso, Kardinaal McCarrick had ontmoet, die toen hij hem terzijde nam, hem bijna dezelfde woorden toesprak als deze die de paus mij in Rome had verteld: “De bisschoppen in de Verenigde Staten mogen niet geïdeologiseerd worden, ze mogen niet rechts zijn, ze moeten herders zijn,… ” Ik was met verstomming geslagen! Het was daarom duidelijk dat de berispende woorden die paus Franciscus mij op 21 juli had toegesproken, de dag ervoor in zijn mond waren gelegd door Kardinaal McCarrick.

Ook kon de paus z’n uitspraak “niet zoals de Aartsbisschop van Philadelphia” worden teruggebracht tot McCarrick, omdat er een grote onenigheid was geweest tussen de twee over de toelating tot de Communie van pro-abortus politici. In zijn communicatie aan de bisschoppen, had McCarrick een brief gemanipuleerd van de toenmalige Kardinaal Ratzinger, die het verbood om hen de Communie te geven. Inderdaad, ik wist ook hoe bepaalde kardinalen, zoals Mahoney, Levada en Wuerl, nauw verbonden waren met McCarrick; ze hadden zich verzet tegen de meest recente benoemingen door Paus Benedictus, voor belangrijke posten zoals Philadelphia, Baltimore, Denver en San Francisco.

Niet gelukkig met de val die hij voor mij had opgezet op 23 juni 2013, toen hij mij vroeg naar McCarrick, zette paus Francsicus enkele maanden later, in de audiëntie die hij mij verleende op 10 oktober 2013, een tweede voor mij: deze keer betreffende een andere van zijn beschermelingen, Kardinaal Donald Wuerl. Hij vroeg mij: “Hoe is Kardinaal Wuerl, is hij goed of slecht?” Ik antwoordde: “Heilige Vader, ik zal niet zeggen of hij goed of slecht is, maar ik zal u twee feiten vertellen.” Het zijn deze die ik al eerder heb vermeld, betreffende de pastorale nonchalance van Wuerl, de foute afwijkingen aan de Georgetown Universiteit, en de uitnodiging door het Aartsbisdom van Washington naar jonge aspiranten voor het priesterschap, voor een ontmoeting met McCarrick! Opnieuw toonde de paus geen enkele reactie.

Het was tevens duidelijk dat, vanaf de tijd van paus Franciscus’ verkiezing, McCarrick, nu vrij van alle belemmeringen, zich vrij had gevoeld om continu te reizen, lezingen en interviews te geven. In een gezamenlijke poging met Kardinaal Rodriguez Maradiaga, is hij de ‘kingmaker’ geworden voor benoemingen in de Curie en in de VS, en de meest geraadpleegde adviseur in het Vaticaan voor relaties met de Obama-administratie.

Dit is hoe men verklaart dat, als leden van de Congregatie van de Bisschoppen, de paus Kardinaal Burke verving door Wuerl en onmiddellijk Cupich benoemde nadat hij kardinaal was gecreëerd. Met deze benoemingen was de Nunciatuur in Washington nu uit beeld bij de benoeming van bisschoppen. Daarbij benoemde hij de Braziliaan Ilson de Jesus Montanari – de grote vriend van zijn private Argentijnse secretaris Fabian Pedacchio – als Secretaris van dezelfde Congregatie voor Bisschoppen en Secretaris van het College van Kardinalen, hem in één zwaai van een simpele ambtenaar tot Aartsbisschop Secretaris promotend. Iets ongezien voor zo’n belangrijke positie! De benoemingen van Blase Cupich in Chicago en Joseph W. Tobin in Newark werden door McCarrick, Maradiaga en Wuerl georkestreerd, verenigd in een verdorven pact van misbruiken bij de eerste en op z’n minst het toedekken van misbruik bij de twee anderen. Hun namen (Cupich en Tobin) waren niet bij deze die gepresenteerd werden door het nunciatuur voor Chicago en Newark.

Betreffende Cupich, kan men niet naast zijn praalzieke arrogantie kijken, en de onbeschaamdheid waarmee hij het bewijs ontkent dat nu voor iedereen duidelijk is: dat 80% van alle misbruiken gepleegd werden met jongvolwassenen door homoseksuelen die in een relatie van gezag stonden tegenover hun slachtoffers. Tijdens de toespraak die hij gaf toen hij bezit nam van de stoel in Chicago, waar ik aanwezig was als een vertegenwoordiger van de paus, grapte Cupich dat men van de nieuwe Aartsbisschop zeker niet zou mogen verwachten dat hij op water zal wandelen. Misschien zou het voor hem genoeg zijn om met zijn beide voeten op de grond te kunnen blijven, en niet te proberen om de realiteit op z’n kop te zetten, verblind door zijn eigen pro-gay ideologie, zoals hij verklaarde in een recent interview met America Magazine.

[…]

Paus Franciscus heeft herhaaldelijk gevraagd om volledige transparantie in de Kerk en voor bisschoppen en gelovigen om te handelen met “parrhesia”. De gelovigen over heel de wereld vragen dit ook van hem op een voorbeeldige manier. Hij moet eerlijk verklaren wanneer hij voor het eerst kennis nam over de misdaden begaan door McCarrick, die zijn gezag misbruikte met seminaristen en priesters.

In ieder geval, de paus kwam het van mij te weten op 23 juni 2013, en hij bleef hem beschermen. Hij nam de sancties niet in acht die Paus Benedictus hem had opgelegd, en maakte van hem zijn vertrouwde adviseur, samen met Maradiaga.

Die laatste (Maradiaga) is zo zeker van de bescherming van de paus, dat hij de oprechte smekingen van tientallen van zijn seminaristen, die de moed vonden om hem te schrijven nadat één van hem zelfmoord probeerde te plegen vanwege homoseksueel misbruik in het seminarie, als “roddel” kan afdoen.

Nu hebben de gelovigen de strategie van Maradiaga goed begrepen: de slachtoffers beledigen om zichzelf te redden, liegen tot het bittere eind om een afgrond van machtsmisbruiken toe te dekken, van wanbeheer van Kerkelijke eigendommen en van financieel onheil, zelfs tegen goede vrienden, zoals in het geval van de Ambassadeur van Honduras, Alejandro Valladares, vroegere Deken van het Diplomatische Korps van de Heilige Stoel.

[…]

In Honduras staat een schandaal zo erg als deze in Chili op het punt zich te herhalen. De paus verdedigt deze man, Kardinaal Rodriguez Maradiaga, tot het bittere eind, net zoals hij heeft gedaan in Chili, met Bisschop Juan de la Cruz Barros, die hij zelf tot Bisschop van Osorno had benoemd, tegen het advies in van de Chileense Bisschoppen. Eerst beledigde hij de misbruikslachtoffers. Dan, enkel wanneer hij werd gedwongen door de media, en door een revolte door de Chileense slachtoffers en gelovigen, erkende hij zijn fout en verontschuldigde hij zich, terwijl hij stelde dat hij slecht geïnformeerd was, wat een rampzalige situatie voor de Kerk veroorzaakte in Chili, maar hij bleef de twee Chileense Kardinalen Errazuriz en Ezatti beschermen.

Zelfs bij de tragische affaire van McCarrick, was de houding van paus Franciscus niet anders. Hij wist van tenminste 23 juni 2013 dat McCarrick een serie-roofdier was. Hoewel hij wist dat hij een corrupte man was, dekte hij hem tot het bittere eind; inderdaad, hij maakte het advies van McCarrick zich eigen, wat zeker niet geïnspireerd was door solide intenties en uit liefde voor de Kerk. Het was enkel wanneer hij gedwongen was door het verslag van het misbruik van een minderjarige, opnieuw op basis van media-aandacht, dat hij actie ondernam (betreffende McCarrick) om zijn gezicht in de media te redden.

Nu rijst er een koor van stemmen in de VS, in het bijzonder van de lekengelovigen, en dit werd recent versterkt door verschillende bisschoppen en priesters, die vraagt dat al diegenen, duur hun stilte het criminele gedrag van McCarrick toedekten, of hem gebruikten om hun carrière te bevorderen of hun intenties, ambities en macht in de Kerk te promoten, zouden aftreden.

Maar dit zal niet voldoende zijn om de situatie van extreem zwaar immoreel gedrag door de clerus, bisschoppen en priesters, te genezen. Een tijd van bekering en boete moet afgekondigd worden. De deugd van kuisheid moet herontdekt worden binnen de geestelijkheid en in de seminaries. Corruptie en het misbruik van de Kerkelijke bronnen en de giften van van de gelovigen, moet bestreden worden. De ernst van het homoseksuele gedrag moet aan de kaak gesteld worden. De homoseksuele netwerken in de Kerk moeten uitgeroeid worden, zoals Janet Smith, professor Moraaltheologie aan het Heilig Hart Grootseminarie in Detroit, recent schreef. “Het probleem van priesterlijk misbruik”, zo schreef ze,” kan niet eenvoudigweg opgelost worden door het ontslag van enkele bisschoppen, en zelfs nog minder door bureaucratische richtlijnen. Het diepere probleem ligt in de homoseksuele netwerken binnen de geestelijkheid die moet uitgeroeid worden.” Deze homoseksuele netwerken, die nu wijdverspreid zijn in vele bisdommen, seminaries, religieuze ordes, etc. handelen onder de heimelijkheid van geheimdoening en heeft de macht van octopustentakels, en wurgen onschuldige slachtoffers en priesterroepingen, en zijn de hele Kerk aan het verstikken. Ik smeek iedereen, in het bijzonder bisschoppen, om te spreken, om deze samenzwering van stilte die zo wijdverbreid is te verslaan, en om de gevallen van misbruik waarvan ze op de hoogte zijn, bekend te maken aan de media en de burgerlijke autoriteiten.

[…]

Franciscus is het mandaad die Christus gaf aan Petrus om de kudde te bevestigen (in het geloof), aan het neerleggen. Inderdaad, door deze daad heeft hij hen verdeeld, hen in dwaling gebracht en heeft hij de wolven aangemoedigd om verder de schapen van Christus’ kudde te verscheuren.

In dit extreem dramatisch moment voor de universele Kerk, moet hij zijn misstappen erkennen, en in het navolgen van het verkondigde beginsel van nultolerantie, moet paus Franciscus de eerste zijn om een goed voorbeeld te stellen voor de kardinalen en bisschoppen die McCarricks’ misbruiken hebben toegedekt, en samen met hen allemaal aftreden.

[…]

Laat ons allen bidden voor de Kerk en voor de paus, laat ons eraan denken hoe vaak hij ons gevraagd heeft voor hem te bidden!

Laten we allen ons geloof in de Kerk, onze Moeder, hernieuwen: Ik geloof in één heilige, katholieke en apostolische Kerk! Christus zal zijn Kerk nooit verlaten! Hij creëerde haar in Zijn bloed en doet haar continu herleven met zijn Heilige Geest.

Maria, Moeder van de Kerk, bid voor ons!

Maria, Maagd en Koningin, Moeder van de Koning van de Glorie, bid voor ons!

Rome, 22 augustus 2018.